0

Waarom zou je eigenlijk activistisch zijn? 

 door Gigi Gil

leesduur: 3-5 min

 

Het leven als activist is tegenwoordig zwaar. Je moet de wereld verbeteren, je moet zo veel
 
mogelijk doen. Zolang er geen vrede is in Israël, nee, de wereld, lijk je niet te zijn
 
geslaagd. Je wordt geacht vrijwilligerswerk te doen, sociaal te leven, misschien politiek
 
betrokken te zijn en vooral constant je best te doen. Activisme lijkt vandaag de dag binnen
 
Haboniem ook meer een doel op zich te zijn, dan een middel naar een betere wereld. Ik
 
weet niet hoe het met jullie zit, maar ik word al moe van het idee van zo’n leven. Ik ben
 
geen superheld. Zo veel ga ik niet doen, en vooral niet als ik niet weet waarom. Wat is de
 
reden dan eigenlijk? Waarom willen we zo graag activistisch zijn? En waarom is activisme
 
dan toch zo belangrijk?

 

 

 

Activisme gaat om het verbeteren van de wereld. Het is natuurlijk niet activistisch om je

 

eigen leven te verbeteren; de meeste mensen zouden heel rijk worden en het geld zelf

 

houden niet beschrijven als vrijwilligerswerk. Nee, activisme gaat om het verbeteren van

 

de levens van anderen, het gaat om helpen. Waarom moet je anderen dan helpen?

 

Een gedachte-experiment: stel je voor dat je opnieuw geboren zou worden. De kans dat je

 

nog een keer geboren wordt in Nederland is extreem klein. Je hebt 20% kans om geboren

 

te worden in extreme armoede. Je kunt ervan uit gaan dat de kans 95% is dat je slechter af

 

gaat zijn dan je nu bent. Je geboorte is eigenlijk een loterij met extreem slechte uitkomsten.

 

Dat voelt ongelooflijk oneerlijk, toch? De mensen die geboren worden in extreme

 

armoede kunnen daar niets aan doen en verdienen misschien wel compensatie of hulp.

 

Activisme is gebaseerd op die gedachte, de gedachte dat mensen het verdienen gelijke rechten

 

te hebben onafhankelijk van wie ze zijn. De mensen die beter af zijn, zijn dat ook alleen

 

maar bij puur toeval. Conclusie: we moeten activistisch zijn omdat we dat kunnen en

 

anderen dat verdienen.

 

 

Dus stel dat we het erover eens zijn dat we activistisch moeten zijn, wanneer houdt het

 

op? Volgens mijn logica hierboven ben je eigenlijk pas klaar als er niemand meer leeft in

 

armoede, ook al moet je daarvoor je hele leven bezig zijn als activist. Zo ver hoeft het voor

 

mijn part niet te gaan, maar er bestaat wel wat onenigheid. In het Jodendom wordt er

 

gebruik gemaakt van de term ‘tsedaka’, meestal vertaald als liefdadigheid. Er wordt vanuit

 

het Jodendom verwacht dat je ongeveer 10% van je inkomen afdraagt aan liefdadigheid.

 

Daarnaast is de beste vorm van tsedaka als je het anoniem doet, niemand mag weten dat

 

je het gedaan hebt. Het idee is namelijk dat je het niet doet voor jezelf of je reputatie,

 

maar omdat je oprecht geeft om je medemens (Maimonides heeft er nog meer ideeën

 

over, volg voor de simplificatie deze link: https://nl.wikipedia.org/wiki/Tsedaka).

 

 

Misschien vind je dit nog steeds wel te veel. 10% van je inkomen én je mag er tegen

 

niemand over opscheppen? Lijkt het me nog steeds niet waard. Ik denk dat het belangrijk

 

is om te weten dat je met hele kleine acties al een activist kunt zijn. De sleutel zit hem in

 

de motivatie: je moet een activist zijn omdat je weet

                                                                                                "Ik denk dat het belangrijk is 

wat de wereld beter zou maken en dat graag zou zien                              

                                                                                            om te weten dat je met hele kleine

gebeuren. Het heeft geen zin om activistisch te zijn

                                                                                             acties al een activist kunt zijn"

als je niet weet waarom, het is geen doel op zich. Je

 

verbetert de wereld pas als je weet hoe deze beter moet worden, niet als je de wereld gewoon

 

verandert. Wij willen activisten zijn omdat we een beeld hebben van een betere wereld en dat

 

beeld van de wereld is zó mooi, dat we niet stil kunnen zitten zonder ernaartoe te bewegen.
 

En als we niet weten hoe die wereld eruit moet zien, kunnen we ook beter maar niks doen.

Copy of 8
Copy of 7.2
Copy of 7.1
Copy of 5

1. achtergrondinformatie